‘Ik ga effe bubbelen.’ Het is een ietwat cryptische zin die ik thuis regelmatig in de mond neem. Nee, het betekent niet dat ik in een bubbelbad ga duiken. (Alsjeblieft zeg, denk je echt dat ik thuis een bubbelbad heb? Helemaal niet! Ik ben net degene die de bubbels gaat produceren! En denk nu maar niet dat ik het heb over het resultaat na het eten van een portie pruimen of bonen of zo …)
Alle gekheid op een stokje: als ik ga bubbelen, haal ik een flesje en een plastic buisje uit de kast, ik vul het flesje voor iets minder dan de helft met water, en blaas klanken in het buisje. Zo ontstaan er bubbeltjes in het water; grote als je hard blaast, kleine als je zacht blaast. ‘Lax vox’ heet dat – letterlijk ‘vrije stem’, en iedereen die zijn stem op een professionele manier gebruikt, doet het. Je ontspant je stembanden ermee en je stem wordt er dus soepeler van. Door te variëren tussen veel en weinig water, ondervind je meer of minder tegenwerking bij het bubbelen en moet je meer of minder kracht zetten.
Dat klinkt heel evident, maar toch deed ik het lange tijd niet. Ik begon aan een stemopdracht zonder opwarming. Zo ben ik nu eenmaal: ‘vooruit met de geit’ is niet zelden mijn motto. In de voice-over business is snelheid immers een must. Als je binnen enkele uren een opdracht moet aanleveren, waarom dan tijd verspillen aan een opwarming? Wel, zo leerde ik, omdat je net veel tijd wint door eerst een opwarming te doen. Zo’n jaar of twee geleden werd ik geregeld vergast op een keelontsteking en een ‘krakende’ stem. Ik begon met een stemopdracht en was na tien minuten al hees. Omdat er geen schot in de zaak kwam, ging ik langs bij een logopedist. Het was een kort consult.
‘Warm je je stem op voor het inspreken?’
‘Euh … nee.’ (bloos)
‘Hier heb je een lax vox-buisje en een brochure met oefeningen. Succes!’
(Oké, zo kort was het nu ook weer niet, maar daar kwam het wel op neer.)
Nu ben ik van nature nogal sceptisch ingesteld, waardoor ik thuis enigszins argwanend aan de slag ging met die plastic buis. Maar eerlijk waar: na het bubbelen verliep het inspreken een stuk soepeler dan ervoor. Bovendien is het best leuk: je kunt bubbelen op verschillende klanken, zoals een ‘oo’ of een ‘oe’, maar je kunt bijvoorbeeld ook liedjes produceren. De Imperial March van Star Wars behoort steevast tot mijn bubbel-repertoire.
Meestal heb ik aan zo’n vijf minuutjes genoeg om mijn stem op te warmen. Bij lange opdrachten stop ik tussendoor even om opnieuw te bubbelen, zeker als ik mijn stem een beetje moet forceren, zoals bij dubbingopdrachten waarbij ik hoge gilletjes moet slaken.
Samengevat: het inspreken gaat vlotter als ik eerst mijn stem opwarm. Stemhygiëne is uiterst belangrijk voor iedereen die met zijn stem bezig is. Onder die term valt uiteraard nog veel meer dan lax voxen alleen – maar dat, lieve lezer, is stof voor een volgende blog.